Röntgenstraling en gammastraling

De gammastralen en röntgenstralen maken deel uit van het elektromagnetisch spectrum. Ook hebben gamma en röntgen de overeenkomst dat als ze hun energie hebben gebruikt ze op houden te bestaan. Terwijl gamma en röntgen hetzelfde gevaar hebben, verschillen ze in oorsprong. De gammastralen komen uit de kern en de röntgenstralen komen uit de elektronen rond de kern. De gammastralen ontstaan doordat de kern teveel energie bevat, het ontstaan volgt meestal na het ontstaan van bèta. Als een atoom een bèta deeltje laat ontstaan, en er is nog steeds een teveel aan energie vervalt er ook nog een gamma deeltje.

Nadat een kern een beta deeltje (een elektron) heeft uitgezonden bevindt hij zich in een isomeer toestand. De kern heeft dan nog wat overtollige energie. Als hij vanuit deze toestand terugvalt naar de gewone toestand ontstaat een gamma foton. Deze terugval treedt vrijwel altijd op na het uitzenden van een alfa- of een beta-deeltje. In de elektronenwolk gebeurt iets vergelijkbaars als elektronen vanuit een aangeslagen toestand terugvallen naar de grondtoestand. Zo onstaat echter licht, UV en röntgenstraling. Gamma-straling onstaat dus alleen in de atoomkern.

Maak jouw eigen website met JouwWeb